Oud & nieuw langs de Zenne

Bieren komen, bieren gaan. Soms komen bijna voorgoed gegane bieren weer terug. Nieuwe scheuten uit oude wortels. Taaie wortels. Maar met frisgroene scheuten.

Lambiek en geuze is daar wel het beste voorbeeld van. Het praktisch teloorgegane bier van spontane gisting uit de streken in en rond Brussel. Mannen met harde koppen zoals Frank Boon, Jean-Pierre van Roy en Armand Debelder wonnen het stevig robbertje armpjedrukken met de klauwen van de vergetelheid.

Elke twee jaar biedt de Toer de Geuze van Horal een mooie gelegenheid om de peilstok in de foeders te steken. (De volgende gelegenheid is in 2026.) Lambiekbrouwerijen en geuzestekerijen houden gedurende het TdG weekend open huis, en buiten de kaart met officiële deelnemers om zijn er meer adressen te bezoeken waar men het traditionele bier uit deze contreien in ere houdt. Sterker nog: van nieuw, jong leven voorziet.

Geuze is geen museumstuk, geen relikwie uit het verleden. Geuze leeft en zit in harten, aderen en hoofden van velen die naast de smaak ook de rotsvaste authenticiteit en lokaliteit van het bier weten te waarderen. Zo waren op de TdG editie 2024 weer nieuwe routes te nemen, onbekende avenues te exploreren, en blinde vlekken in te kleuren.

Eylenbosch

De weg naar de Eylenbosch locatie is lang en smal. Geconcentreerd sturend komen we goed aan bij de hoeve Hof van Piemont in Zellik waar sinds 2019 weer Eylenbosch lambiek ligt te rijpen. De wort wordt gebrouwen bij brouwerij De Troch in Wambeek. De historische brouwerij Eylenbosch, waarvan de gebouwen even verderop in Schepdaal een nieuwe bestemming kregen (urbexplaatjes), is een van die vele grote geuzenamen die in de loop van de tijd het loodje legden. Nu weer terug dus, op initiatief van Erik de Keersmaeker (uit de familie die bekend is van het Mort Subite bier).

Het is de eerste stop van onze Toer, maar de stemming zit er al goed in. Er wordt volop geproost, gedronken, rondgeleid, en aangeschaft voor mee naar huis. De gretigheid, gulzigheid bijna, waarmee het lambiek- en geuzebier in deze streken wordt omarmd verbaast me elke keer weer. Het lijkt zo’n nicheproduct te zijn, zeker voor iemand die uit een land komt waar voor het gros van de bierdrinkers een bokbier al het summum van bier-exotisme is, maar ook zo volledig vanzelfsprekend op zijn plaats en passend in dit land, bij deze mensen, over generaties heen. Zonder poespas overigens. Geen gezwollen taal, nergens voor nodig, gewoon zijn is voldoende.

We zwichten voor de ‘limited edition’ van een geuze met rijping op whiskyvaten, en we nemen ook wat ‘gewone’ saisons mee omdat we daar nu eenmaal ook van houden. Ja, ik geef het toe – dat die saison bij De Ranke wordt gebrouwen helpt wel mee. De eerste buit is binnen, en de dag kan nu al niet meer stuk.

Kestemont

Ja, dit is wat we willen zien! Spinnenwebben, verdwenen vloertegels, losse elektradraden en schemerige ruimtes waar stapels houten vaten hun tijd liggen te beiden. Zoals het een lambiekbrouwerij betaamt. Al is Kestemont een relatieve nieuwkomer qua naam, de plek is dat niet. Op de picture perfect locatie waar tot 1968 de brouwerij van Goossens actief was, wordt sinds 2021 weer lambiek gebrouwen door de landbouwfamilie Kestemont. De gebouwen gaan deels tot de 18e eeuw, en staan te boek als beschermd monument en bouwkundig erfgoed.

Waarvan akte. We komen aan op de grote binnenplaats van de brouwerij, en lopen via het degustatielokaal naar het terras waar we uitkijken op meer oude brouwerijgebouwen. Het is of de tijd er sinds 1968 heeft stilgestaan.

Wat opvalt is het grote aantal fruitbieren dat Kestemont uitbrengt. Rabarber, bloedsinaasappel en bergamot zijn zomaar wat voorbeelden. Het terras zit goed vol, veelal met clubjes wielrenners. We strijken neer naast toerclub De Geuzen, bestaande uit een groepje seniore heren in groene jerseys. In het zonnetje komen de bieren goed tot hun recht en het is dat we weer verder willen maar we kunnen hier nog uren zitten. Er zijn volgens mij veel mensen die dat ook doen voordat ze weer op de vélo stappen.

Sako

Niet alle locaties langs de TdG-route kunnen de prijs voor meest pittoreske plekje winnen. Sako gaat ‘m zeker niet krijgen, zoveel is zeker. Een non-descript gebouw op een non-descript industrieterrein waar de Gooikse welstandcommissie telkens met afgewend hoofd langs rijdt, dat is het wel zo’n beetje. Toch gaan we er op bezoek. Natuurlijk. Nieuwe naam, en dus nieuwsgierig. De bieren van spontane gisting worden gebotteld onder het label Adelaar, en daarnaast maakt Sako een reeks reguliere bieren.

We maken een begeleide wandeling door de hokjes waar de industrieloods in is verdeeld en bekijken het koelschip. Sako is het project van Koen Christiaens, die met raad en daad terzijde wordt gestaan door brouwnestor Willem van Herreweghen. Het is Willem die tijdens de rondleiding veel vertelt over de technische aspecten die bij spontaan vergist bier komen kijken.

Sako lambieken en geuzes zijn sinds 2023 te koop. De brouwerij houdt wel van buiten de lijntjes kleuren – zo is er een ‘spiced’ geuze, geuze met vlierbloesem, rijping op bourbonvaten en een spontaan vergiste stout. Grappig. Of de bieren op termijn gaan overtuigen zal moeten blijken; ik heb het gevoel dat de brouwerij zijn ‘mojo’ nog wat moet vinden. Ik concludeer dat dit een brouwerij is om in de gaten te houden. De spiced geuze uit 2022 ligt thuis te wachten op een goed moment.

Boon

Boon, natuurlijk Boon. Altijd Boon. Eindpunt van onze TdG. Te laat waren we voor de dorpsfanfare, het feest liep al op z’n eindje, een dweilorkest is al wat rest. Andere indrukken dus. Zoals een groepje Vlamingen, die het toch maar wat bijzonder vinden dat er een stel Ollanders helemaal hierheen komt voor een feestje in de lokale brouwerij. Geen kouwe drukte dus, het bier is hier gewoon wat het is en dat is wat we drinken. Fier op ons bier? Welja, vast wel, maar toch niet meer dan dat het zijn moet, niewaar?

Frank Boon die in de kuiperij met een groepje belangstellenden past en meet aan een houten ton, zich buigend over de vraag hoe de duigen dan moeten gaan passen. Alle details zijn van belang hier. Want spontaan vergist bier klinkt dan wel makkelijk, de natuur doet het werk zeggen ze dan, maar als je ergens je koppie bij moet houden is het wel dit type bier. Juist die wildheid maakt dat nodig. De grens tussen goddelijke nectar en ondrinkbaar bocht is dun, en zo overgestoken.

Veel is hetzelfde op een TdG, en toch ook weer anders. Dat maakt dat we elke keer weer gaan. Want hier is altijd leven, constante beweging, steeds wat nieuws. Geuze leeft. Lang leve de geuze.

Reacties zijn gesloten.